Ontmoet de getalenteerde Gilbert uit Rwanda
Viervoudig Olympisch schaatskampioen Johann Olav Koss richtte in 2000 Right To Play op. In 20 jaar tijd is Right To Play uitgegroeid tot dé internationale organisatie waar speelprogramma’s voor positieve verandering in het leven van miljoenen kinderen zorgt. Zo ook voor de slechthorende Gilbert uit Rwanda. Toen hij twaalf was, begon hij mee te doen aan de Right To Play programma’s. Spelenderwijs leerde hij zijn talenten te ontdekken, ondanks zijn handicap. Nu studeert deze getalenteerde en ambitieuze jonge man bijna af aan de universiteit van Rwanda en droom hij ervan om architect te worden. Voor Gilbert geldt: spelen is goud waard.
Gilbert tekent aandachtig de laatste lijnen van zijn ontwerp voor een nieuwbouwproject voor mensen met een laag inkomen. Hij zit in zijn laatste jaar van zijn universitaire studie civiele techniek. Hij heeft grote plannen: hij wil architect worden en betaalbare woningen neerzetten voor mensen met een beperking wiens levens getekend zijn door herinneringen aan de Rwandese Genocide in 1994. Net als de levens van zijn eigen familie.
Gilbert’s moeder overleefde de genocide in Rwanda, maar ze was zwaar getraumatiseerd en kon niet meer voor haar zoon zorgen. Gilbert groeide daarom op bij zijn oma, in een arme sloppenwijk net buiten Kigali, de hoofdstad van Rwanda. Op jonge leeftijd kreeg hij een oorontsteking, die niet op tijd behandeld kon worden. Hierdoor werd zijn gehoor aangetast, waardoor het moeilijk voor hem was om lessen te volgen op school en contact te maken met andere kinderen. Gilbert: “Ik had nergens motivatie voor en voelde me alleen en geïsoleerd.”
Gilbert deed het steeds slechter op school, maar ondanks dat geloofde zijn oma in hem. Ze zag dat hij een intelligente jongen was en realiseerde zich dat hij de juiste kans nodig had om zich beter te kunnen ontwikkelen. Toen Gilbert 12 was, overtuigde ze hem om zich op te geven voor een Rwandees Scouting programma speciaal voor kinderen met een beperking, zoals dove- of hardhorende kinderen. De begeleiders, ofwel coaches, van het programma hadden net als de kinderen een handicap wat hielp om de kinderen te leren dat het leven – ondanks een handicap – veel te bieden had.
Het scouting programma werd ontwikkeld met hulp van Right To Play. Diverse spelvormen waarin creatie expresse centraal stond, werden ingezet om kinderen te helpen hun eigen talenten te ontdekken en verder te ontwikkelen. Gilbert kroop helemaal uit zijn schulp en ontwikkelde een goeie band met zijn coach, Nyandwi. Hij begon zich al snel zich minder geïsoleerd te voelen.
“Ik had bewondering voor de moed van mijn coach die net als ik een beperking had. Ik wilde zijn moed imiteren,” zegt Gilbert. De programma’s hielpen Gilbert om weer contact te maken met andere kinderen. Na elke sessie bespraken ze in de groep wat ze geleerd hadden. Dit gaf Gilbert de kans om zich op zijn eigen manier te uiten. Hij kreeg meer zelfvertrouwen en was niet langer bang om iemand te vragen iets te herhalen of harder te praten zodat hij het beter kon begrijpen.
Gilbert leerde zich op verschillende manier te uiten en begon te tekenen. En daar bleek zijn talent te liggen. Hij vond het vooral leuk gedetailleerde tekeningen te maken, bijvoorbeeld van gebouwen. Eenmaal terug op school heeft hij zijn interesse voor tekenen verder kunnen ontwikkelen en besloot hij bouwkunde te gaan studeren. En wat bleek, zoals zijn oma al had gezien, hij werd een academische ster.
“Op de middelbare school werd ik zelfverzekerder. Ik leidde diverse speelvormen die ik van Right To Play had geleerd. Ik wilde deze graag delen, omdat ze mij zo geholpen hadden om te vinden waar ik goed in was en mijn passie te ontdekken. Dat gunde ik anderen ook.”
Gilbert bleef de Right To Play programma’s bij de scouting volgen tot hij 17 was en hij in zijn laatste jaar van de middelbare school zat. “Vanwege mijn interesse voor het bestuderen en tekenen van gebouwen, besloot ik om een technische studie te gaan doen.’’
Minder dan 1 op de 20 studenten in Rwanda lukt het om tot een universiteit toegelaten te worden. Gilbert was er één van, ondanks alle uitdagingen die hij hiervoor moest overwinnen. Omdat hij uitblonk op de middelbare school, kon hij naar een prestigieuze universiteit in Rwanda om bouwkunde te studeren.
“Ik kon alles wat ik geleerd had bij Right To Play heel goed gebruiken op de universiteit: het lukte me om mijn werk te presenteren en ik kon goed mee doen in groepsopdrachten. Ik had leren samen werken, wat in deze studie enorm belangrijk is omdat je intensief moet kunnen afstemmen met verschillende groepen."
Gilbert is nu in het laatste jaar van zijn studie en wil graag iets betekenisvol doen voor zijn land: “Ik wil ondernemen en innoveren.” Gilbert droomt ervan om als ingenieur zijn eigen bedrijf op te zetten. Een bedrijf dat de focus heeft op het ontwikkelen van betaalbare, toegankelijke en milieuvriendelijke woningen voor families zoals die van hem.
“Ik heb goede hoop dat mijn toekomst beter zal zijn. Ik heb hoop door wat ik tot nu toe al heb kunnen doen. De dromen die ik heb zullen de geschiedenis van mijn ouders en mijn familie veranderen. Daarnaast wil ik heel graag de kennis die ik heb opgedaan delen met zo veel mogelijk kinderen en jongeren.”